Terug

Geen dubbele heffing door eerdere teruggaaf

21 augustus 2025
Omzetbelasting

In de jaren tachtig kent de Belastingdienst ten onrechte twee btw-nummers toe aan een ondernemer. Eén voor zijn advieswerkzaamheden en één voor de verhuuractiviteiten van appartementencomplexen en winkelruimten die hij samen met zijn partner in eigendom heeft. Vanaf dat moment voert de ondernemer belastingbetalingen uit via beide nummers. Rond 2008 vraagt de ondernemer aan de Belastingdienst om dit onjuiste onderscheid tussen de btw-nummers te corrigeren. De Belastingdienst erkent de fout, maar voert de noodzakelijke wijziging niet door. Hierdoor blijft de situatie voortbestaan waarin beide btw-nummers in gebruik zijn.

In 2016 betaalt de ondernemer btw voor twee afzonderlijke tijdvakken via het btw-nummer van de verhuuractiviteiten. Jaren later concludeert de rechtbank in een andere procedure dat deze betalingen ten onrechte op dit nummer zijn voldaan. De Belastingdienst geeft daarop de eerder betaalde btw terug. Om dit recht te zetten, legt de Belastingdienst vervolgens naheffingsaanslagen op op het btw-nummer van de advieswerkzaamheden. De ondernemer tekent bezwaar aan. Hij is van mening dat hij niet dubbel mag worden belast.

In hoger beroep verwerpt het hof dit standpunt van de ondernemer. De bevoegdheid tot naheffing heeft ten doel onjuistheden in de heffing te corrigeren, ongeacht hoe die onjuistheid is ontstaan. De belasting was eerder ten onrechte via het btw-nummer van de verhuuractiviteiten voldaan. De teruggaaf van deze belasting, gevolgd door naheffingen op het btw-nummer van advieswerkzaamheden, beschouwt het hof als noodzakelijke correcties om een juiste belastingheffing te realiseren. Dat ooit ten onrechte twee btw-nummers werden toegekend, doet daar niet aan af.

Bronvermelding

  • datum: 21 augustus 2025
  • bureau: Gerechtshof 's-Hertogenbosch
  • karakter: jurisprudentie
  • nummer: ECLI:NL:GHSHE:2025:1622

Misschien ook intressant

Inkomstenbelasting
Verzendtheorie niet van toepassing op ambtshalve vermindering
Een man krijgt in 2018 een aanslag IB opgelegd over het jaar 2016. Pas aan het einde van 2021 laat hij een bezwaarschrift opstellen. In deze brief, gedateerd op 31 december 2021, vraagt hij om uitstel voor het motiveren van zijn bezwaar. Volgens hem
Loonbelasting
Autoritten naar fitness zijn niet zakelijk
Regelmatig ontstaat er discussie met de Belastingdienst over de vraag of ritten met een auto van de zaak als zakelijk of privé moeten worden gekwalificeerd. Soms moet de rechter eraan te pas komen om duidelijkheid te verschaffen. In een
Formeel recht
Uitsluiting van onrechtmatig verkregen bewijs in belastingzaken alleen in uitzonderlijke gevallen
Mag bewijsmateriaal dat door de politie is verzameld worden gebruikt voor belastingheffing, ondanks mogelijke onrechtmatigheden bij de verkrijging ervan? De Hoge Raad buigt zich over deze vraag en de vraag of het 'zozeer indruist'-criterium, dat