Terug

Geen tijdsevenredige herrekening box 3 bij overlijden

31 juli 2025
Inkomstenbelasting

Een erflaatster overlijdt op 2 januari, slechts één dag na de peildatum voor box 3. Over haar vermogen van ruim 1,2 miljoen euro legt de Belastingdienst een aanslag op en berekent hierbij het rendement over het volledige jaar. De erfgenaam stelt dat dit onredelijk is en vordert tijdsevenredige herrekening. Na de beroemde box 3-arresten van de Hoge Raad rijst de vraag of bij overlijden kort na de peildatum een tijdsevenredige herrekening van de box 3-heffing moet plaatsvinden.

Een dag

De erfgenaam stelt dat het onaannemelijk is dat erflaatster tussen 1 januari en 2 januari een rendement van € 50.851 heeft behaald op haar box 3-bezittingen. De erfgenaam bepleit dat de inspecteur had moeten uitgaan van tijdsevenredige herrekening naar 1/365 deel van het berekende rendement, wat neerkomt op € 97. De erfgenaam verwijst ter onderbouwing naar de recente box 3-arresten van de Hoge Raad waarin is geoordeeld dat belastingplichtigen recht hebben op rechtsherstel wanneer het forfaitaire rendement hoger uitvalt dan het werkelijke rendement.

Heel jaar

De inspecteur houdt vol dat het voordeel uit sparen en beleggen juist is berekend conform de wet. Hij wijst erop dat de rendementsgrondslag aan het begin van het kalenderjaar bepalend is voor box 3. Volgens de inspecteur is, anders dan bij emigratie, tijdsevenredige herrekening bij overlijden nadrukkelijk uitgesloten in de wet. Deze systematiek komt overeen met de belastingheffing bij erfgenamen: zij worden in het overlijdensjaar niet belast over het geërfde vermogen, omdat dit op 1 januari nog niet bij hen aanwezig was. Het systeem van één peildatum vormt volgens de inspecteur een coherent geheel.

Geen herrekening

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en oordeelt dat geen tijdsevenredige herrekening hoeft plaats te vinden bij overlijden. Herleiding naar tijdsgelang is wettelijk alleen mogelijk bij begin of einde van een binnenlandse belastingplicht anders dan door overlijden. Bij overlijden is herleiding wettelijk uitgesloten. Dit is een bewuste keuze van de wetgever sinds de invoering van het systeem met één peildatum in 2011. De beroemde box 3-arresten van de Hoge Raad leiden niet tot een ander oordeel, omdat daarin geen uitspraak wordt gedaan over het wettelijke systeem bij overlijden. De rechtbank ziet geen schending van het discriminatieverbod, omdat de situatie wordt gecompenseerd doordat erfgenamen in het overlijdensjaar juist geen box 3-belasting betalen over het geërfde vermogen.

Bronvermelding

  • datum: 31 juli 2025
  • bureau: Rechtbank Noord-Holland
  • karakter: jurisprudentie
  • nummer: ECLI:NL:RBNHO:2025:4206

Misschien ook intressant

Inkomstenbelasting
Feitelijk gescheiden levende gehuwden blijven elkaars fiscale partner
Een procedure voor Hof Den Bosch betrof de vraag of apart wonende gehuwden voor de belastingheffing als alleenstaande kunnen worden aangemerkt. Het geschil spitste zich toe op de vragen of sprake is van fiscaal partnerschap en of de
Overdrachtsbelasting
Startersvrijstelling overdrachtsbelasting geldt niet voor verkrijging schoolgebouw
Bij de verkrijging van in Nederland gelegen onroerende zaken wordt overdrachtsbelasting geheven. De belasting bedraagt in beginsel 10,4% van de waarde van de onroerende zaak. Onder voorwaarden geldt voor de verkrijging van een woning een lager tarief
Belastingplan
Tweede nota van wijziging Belastingplan 2025
De staatssecretaris van Financiƫn heeft de tweede nota van wijziging op het wetsvoorstel Belastingplan 2025 naar de Tweede Kamer gestuurd. De nota van wijziging bevat maatregelen, die zijn aangekondigd in de aanbiedingsbrief bij het pakket