Terug

Inspecteur moet voldoende tijd geven voor hoorgesprek

30 oktober 2025
Formeel recht

Een man maakt bezwaar tegen zijn aanslag inkomstenbelasting. De inspecteur nodigt hem uit voor een hoorzitting, maar deze wordt later geannuleerd. De man wendt zich daarop tot de rechtbank, die oordeelt dat de inspecteur voor een bepaalde datum uitspraak moet doen op straffe van een dwangsom. Om aan deze deadline te voldoen, stelt de inspecteur last-minute nieuwe hoorzittingen voor, maar geeft de man slechts enkele dagen om te reageren. Zonder een hoorzitting te houden, doet de inspecteur uitspraak op het bezwaar.

Enkele dagen te kort

De Hoge Raad concludeert dat de korte voorbereidingstijd niet kan worden gerechtvaardigd door de druk voor de inspecteur om binnen een door de rechtbank gestelde termijn uitspraak te doen. Dat iemand eerder de gelegenheid had om zich op een hoorgesprek voor te bereiden, doet volgens de Hoge Raad niet af aan de verplichting om een redelijke termijn te geven voor het nieuwe gesprek. De zaak wordt terugverwezen naar de inspecteur, die alsnog op correcte wijze uitspraak op bezwaar moet doen.

Bronvermelding

  • datum: 30 oktober 2025
  • bureau: Hoge Raad
  • karakter: jurisprudentie
  • nummer: ECLI:NL:HR:2025:1473

Misschien ook intressant

Internationaal
Fiscale migratie: waar is thuis?
Een belastingplichtige emigreerde in 2015 naar Duitsland, althans dat meent hij. De inspecteur stelt echter dat de belastingplichtige fiscaal nog steeds in Nederland woont en corrigeert de aangifte inkomstenbelasting door het opleggen van een
Formeel recht
Fiscaal kat-en-muisspel
Een belastingplichtige doet aangifte voor de inkomstenbelasting, waarbij hij de tegoeden op buitenlandse bankrekeningen niet aangeeft. De inspecteur komt hier achter, legt een navorderingsaanslag op en eist forse vergrijpboeten. De belastingplichtige
Omzetbelasting
Was een verbouwing zo ingrijpend dat in wezen nieuwbouw is ontstaan?
Een ondernemer heeft een pand gekocht nadat dit was verbouwd tot hotel. De vraag is of de aanpassingen aan het pand zo ingrijpend zijn geweest dat in wezen nieuwbouw heeft plaatsgevonden. In dat geval is de latere levering niet belast met