Terug

Invullen e-mailadres geen instemming voor verdere communicatie per mail

4 december 2025
Formeel recht

De Hoge Raad oordeelt dat het enkel invullen van een verplicht e-mailadres in een digitaal formulier niet genoeg is om aan te nemen dat iemand heeft ingestemd met verdere communicatie via die weg. Dit geldt des te meer als gebruik wordt gemaakt van verplichte invulvelden. In dat geval moet duidelijk worden aangegeven dat verdere correspondentie op die manier zal plaatsvinden.

Een man ontvangt twee naheffingsaanslagen voor parkeerbelasting en maakt bezwaar door een online formulier in te vullen. In het formulier is het veld e-mailadres een verplicht veld. De man vult hier zijn e-mailadres in. De heffingsambtenaar reageert door de uitspraak op bezwaar per e-mail te versturen. De man stelt dat hij deze e-mail nooit heeft ontvangen. Wanneer hij vervolgens in beroep gaat bij de rechtbank, verklaart de rechtbank zijn beroep niet-ontvankelijk vanwege overschrijding van de beroepstermijn. De man blijft volhouden dat hij de uitspraak op bezwaar niet heeft ontvangen en gaat in cassatie.

De Hoge Raad oordeelt dat de overheid alleen via e-mail mag communiceren als iemand daar duidelijk mee instemt. In dit geval staat nergens dat de man toestemming gaf om verdere berichten, zoals de uitspraak op zijn bezwaar, via e-mail te ontvangen. Omdat de uitspraak op het bezwaar niet correct aan de man is bekendgemaakt, is ook de termijn om in beroep te gaan nog niet begonnen. De rechtbank moet nu opnieuw bekijken hoe de zaak verder moet worden afgehandeld.

Bronvermelding

  • datum: 4 december 2025
  • bureau: Hoge Raad
  • karakter: jurisprudentie
  • nummer: ECLI:NL:HR:2025:1728

Misschien ook intressant

Sociale verzekeringen
Uitstel inwerkingtredingsdatum bedrag ineens
De minister van SZW heeft de Tweede Kamer laten weten dat de mogelijkheid om een deel van het pensioenkapitaal in één keer te laten uitkeren niet eerder dan per 1 juli 2025 kan worden ingevoerd. De vorige minister had de Kamer eerder
Arbeidsrecht
Verplichte aanwezigheid voor aanvang dienst is betaalde werktijd
De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie van een werkgever tegen een uitspraak van Hof Den Haag zonder nadere motivering ongegrond verklaard. De procedure betrof de loonvordering van een werknemer van een callcenter. Volgens de planningsregels van
Inkomstenbelasting
Stand van zaken Wet rechtsherstel box 3 en Overbruggingswet box 3
De staatssecretaris van FinanciĆ«n heeft de Tweede Kamer geïnformeerd over de stand van zaken met betrekking tot de Wet rechtsherstel box 3 en de Overbruggingswet box 3. Naar aanleiding van rechtspraak van de Hoge Raad moeten belastingplichtigen