Terug

Kenbare fout redt Belastingdienst bij navordering zonder nieuw feit

3 april 2025
Vennootschapsbelasting

Een vastgoedvennootschap verkoopt in 2016 een onroerende zaak voor € 1 miljoen. De inspecteur stelt dat de werkelijke waarde € 1,75 miljoen bedraagt. Hij legt een navorderingsaanslag op met een winstcorrectie. De inspecteur baseert zich op een taxatierapport en betalingen aan een gelieerde vennootschap. De vennootschap bestrijdt de navorderingsbevoegdheid en de hoogte van de correctie

Feiten

De vennootschap exploiteert vastgoed en heeft in 2016 drie aandeelhouders. Er waren interne conflicten tussen de aandeelhouders, met name over de ontwikkeling van een vastgoedproject. Het project betrof een perceel grond met opstallen die sinds 2008 leegstonden. In 2015 werd het bestemmingsplan gewijzigd, waardoor het perceel geschikt werd voor woningbouw. In 2016 verkoopt de vennootschap het pand voor € 1 miljoen. De bestuurder sluit daarnaast een ontwikkelingsovereenkomst met de koper. Hierbij krijgt hij recht op meerdere vergoedingen.

De vennootschap dient de aangifte vennootschapsbelasting 2016 pas in september 2018 digitaal in. In maart 2018 werd wel al een kopie op papier naar de controlerend ambtenaar gestuurd. De inspecteur voerde een boekenonderzoek uit. Hieruit blijkt dat er een taxatierapport bestaat met een waardebepaling van € 1,75 miljoen. Ook blijkt dat een aan de bestuurder gelieerde vennootschap in 2017-2018 € 700.000 aan 'bemiddelingsprovisie' heeft ontvangen. De inspecteur concludeert dat een deel van de koopsom is 'omgeleid'. Hij legt een navorderingsaanslag op met een winstcorrectie en een vergrijpboete.

Nieuw feit

Het hof oordeelt dat geen sprake is van een nieuw feit dat navordering rechtvaardigt. Het boekenonderzoek loopt nog tijdens het opleggen van de ambtshalve aanslag. De verkoop was al onderwerp van onderzoek. Het niet blokkeren van de aanslagregeling is volgens het hof een ambtelijk verzuim.

Kwade trouw

Ook is er volgens het hof geen sprake van kwade trouw bij de belastingplichtige. De inspecteur heeft niet aannemelijk gemaakt dat de vennootschap het taxatierapport kende. Het is onwaarschijnlijk dat andere, niet-gelieerde bestuurders zouden instemmen met een te lage verkoopprijs.

Kenbare fout

Wel is sprake van een voor de belastingplichtige kenbare fout. De vennootschap wist van het lopende boekenonderzoek. Het moest voor haar duidelijk zijn dat de ambtshalve aanslag niet overeenstemde met wat de inspecteur zou vaststellen na het onderzoek.

Oordeel hof

Ten aanzien van de winstcorrectie oordeelt het hof dat ontwikkeling binnen de vennootschap niet meer mogelijk is door onenigheid tussen de aandeelhouders. De vennootschap neemt daarom genoegen met € 1 miljoen. Een andere partij had kort daarvoor € 950.000 geboden. Het hof acht € 1 miljoen daarom de werkelijke waarde. Het hof vermindert de navorderingsaanslag. De vergrijpboete wordt vernietigd, omdat de grondslag is vervallen.

Conclusie

Deze uitspraak toont dat een navorderingsaanslag niet altijd een nieuw feit of kwade trouw vereist. Ook een 'kenbare fout' kan voldoende zijn. Dit is een fout die voor de belastingplichtige redelijkerwijs herkenbaar is. De zaak laat ook zien dat de Belastingdienst de waarde van onroerend goed niet zomaar mag corrigeren als er zakelijke redenen zijn voor de overeengekomen prijs. De omstandigheden bij verkoop en de verhoudingen tussen aandeelhouders zijn hier doorslaggevend voor de waardebepaling.

Bronvermelding

  • datum: 3 april 2025
  • bureau: Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
  • karakter: jurisprudentie
  • nummer: ECLI:NL:GHARL:2025:1137

Misschien ook intressant

Overdrachtsbelasting
Nieuwe splitsingsvrijstelling in de overdrachtsbelasting vanaf juli 2025
Vanaf 1 juli 2025 gelden er nieuwe regels voor de splitsingsvrijstelling in de overdrachtsbelasting. Deze vrijstelling kan helpen om bij een juridische splitsing geen overdrachtsbelasting te betalen over bedrijfspanden of ander onroerend goed. De
Formeel recht
Strikte termijnen bij bezwaar: een waarschuwing voor belastingplichtigen
Een recente uitspraak van de rechtbank Zeeland-West-Brabant onderstreept hoe strikt de Nederlandse belastingrechter omgaat met termijnoverschrijdingen. De zaak begint in 2012 wanneer een belastingplichtige een naheffingsaanslag omzetbelasting
Loonbelasting
Vaste vergoeding van laadkosten niet zonder risico
Het opladen van een elektrische auto van de zaak bij de woning van een werknemer brengt fiscale uitdagingen met zich mee. Hoe kan een werkgever de laadkosten vergoeden zonder dat dit als loon wordt aangemerkt? De kennisgroep loonheffing algemeen van