Terug

Modernisering van geschillenregeling en enquêteprocedure voor aandeelhouders

9 januari 2025
Ondernemingsrecht

Aandeelhouders hebben soms geschillen over de gang van zaken binnen een vennootschap. Het recht moet dan voorzien in een snelle en efficiënte oplossing om de continuïteit van de vennootschap en de belangen van de werknemers te waarborgen. Om deze geschillen op te lossen bestaan twee procedures:  

  1. de geschillenregelingsprocedure; en  
  2. de enquêteprocedure.

De Wet aanpassing geschillenregeling en verduidelijking ontvankelijkheidseisen enquêteprocedure heeft deze procedures per 1 januari 2025 gemoderniseerd.

De geschillenregelingsprocedure bepaalt dat aandeelhouders, die de vennootschap ernstig schaden, gedwongen kunnen worden uitgekocht door medeaandeelhouders. Aandeelhouders, van wie de belangen ernstig worden geschaad, hebben het recht om te worden uitgekocht. De nieuwe wet regelt dat de Ondernemingskamer van Hof Amsterdam deze procedures behandelt, wat een snelle en deskundige afronding waarborgt. Daarnaast breidt de wet de gronden uit waarop en aan wie de procedures kunnen worden toegewezen, wat de regeling laagdrempeliger maakt.

De enquêteprocedure stelt de Ondernemingskamer in staat om op verzoek van belanghebbenden, zoals aandeelhouders, maatregelen te treffen bij wanbeleid. Een nieuwe toegangseis voor kapitaalverschaffers van beursvennootschappen verduidelijkt de toegang tot een enquêteprocedure, naast de bestaande eisen.

Bronvermelding

  • datum: 9 januari 2025
  • bureau: Overig
  • karakter: wetswijziging
  • nummer: BWBR0049850

Misschien ook intressant

Ondernemingswinst
Geen opgewekt vertrouwen door volgen aangifte in latere jaren
Bij een beheer- en exploitatiemaatschappij, die zich bezighoudt met de exploitatie van onroerende zaken, vindt in augustus 2016 een belangrijke aandeelhouderswijziging plaats. De meerderheidsaandeelhouder (95%) heeft zijn aandelen geschonken aan een
Ondernemingswinst
Wie stelt moet bewijzen, ook na afloop van de bewaarplicht
In het belastingrecht geldt doorgaans dat de inspecteur de bewijslast draagt voor het vaststellen van belastbare feiten, terwijl de belastingplichtige de bewijslast draagt voor aftrekposten, vrijstellingen of andere belastingvoordelen zoals
Formeel recht
Hoger beroep toch op tijd door feestdag
De termijn voor het indienen van een hoger beroepschrift bedraagt zes weken. Die termijn begint te lopen vanaf de dag na de verzending van de uitspraak van de rechtbank. De Algemene termijnenwet (Atw) bepaalt dat als de laatste dag van een termijn op