Terug

Negatief loon bij bestuurdersaansprakelijkheid: wanneer is er echte verarming?

4 september 2025
Loonbelasting

Een dga moet via zijn vennootschap € 453.476 schadevergoeding betalen vanwege de onrechtmatige verkoop van sportkleding die eigenlijk van een andere partij was. Hij betaalt de helft (€ 226.738) en wil dit bedrag als negatief loon aftrekken van zijn belastbaar inkomen. Daarnaast wil hij zijn fictief loon verlagen van € 75.000 naar € 45.000, omdat zijn vennootschap door de claim financieel wordt belast. De Belastingdienst betwist echter dat sprake is van negatief loon. Ook wil de inspecteur het fictief loon niet verlagen. De dga vermeldde immers zelf in zijn aangifte een bedrag van € 75.000. Zijn vennootschap voerde dit bedrag ook op als loonkosten. Verder beschikt de vennootschap over voldoende eigen vermogen (ruim € 1.300.000) en behaalt zij een positief fiscaal resultaat over 2017 van € 70.000.

Geen verarming 

Het hof oordeelt dat geen sprake is van negatief loon, omdat de dga geen daadwerkelijke verarming ondergaat. Hoewel hij een schadevergoeding van € 226.738 betaalt, compenseert dit bedrag precies de waarde van de ten onrechte verkochte sportkleding. De rechtbank Amsterdam heeft deze waarde vastgesteld op € 453.476. Omdat de opbrengsten van de verkoop gelijkwaardig zijn aan de vergoeding, ontstaat geen verarming. Voor zover de opbrengsten bij de dga terechtkwamen, staat zijn betaling daar tegenover. Voor zover anderen profiteerden, heeft de dga een regresvordering op die partijen.

Fictief loon 

Voor het fictief loon volgt het hof de eigen aangifte van de dga (€ 75.000) en de corresponderende loonkosten bij zijn vennootschap. Omdat er geen sprake is van een daadwerkelijke claim vanwege bestuurdersaansprakelijkheid, slaagt het betoog niet dat het fictief loon moet worden verlaagd. De financiële positie van de vennootschap ondersteunt dit standpunt.

Bronvermelding

  • datum: 4 september 2025
  • bureau: Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
  • karakter: jurisprudentie
  • nummer: ECLI:NL:GHARL:2025:4295

Misschien ook intressant

Inkomstenbelasting
Berekening heffingskortingen bij gedeeltelijke belastingplicht
Wanneer iemand slechts gedurende een deel van het jaar in Nederland woont, ontstaat de vraag hoe de arbeidskorting, inkomensafhankelijke combinatiekorting (IACK) en algemene heffingskorting berekend moeten worden. In deze zaak stelde de rechtbank een
Inkomstenbelasting
Hoge Raad: ongelijke behandeling bij WGA-uitkering en arbeidskorting
In 2018 ontving de belanghebbende in een procedure naast zijn loon een WGA-uitkering. De uitkering werd rechtstreeks door het UWV aan hem uitbetaald. De belanghebbende stelt dat de arbeidskorting ten onrechte lager is vastgesteld, omdat
Formeel recht
Indexering griffierechten per 1 januari 2025
Om een procedure voor de rechter te kunnen voeren, moeten griffierechten worden betaald. Per 1 januari 2025 worden de griffierechten verhoogd. De nieuwe bedragen zijn gepubliceerd in de Staatscourant. Het griffierecht voor belastingzaken in eerste