Terug

Schade-uitkering na klachtenprocedure beleggingsverzekering

6 juni 2024
Inkomstenbelasting

Een verzekeringnemer met een beleggingspolis ontvangt na een klachtenprocedure van de verzekeraar een som geld. De verzekeringnemer is van mening dat het een onbelaste schadevergoeding betreft. Het kapitaal uit de beleggingspolis moet worden besteed aan de aankoop van een lijfrente. De inspecteur merkt de schadevergoeding aan als een belaste uitkering uit de lijfrenteverzekering en wijkt af van de aangifte van de verzekeringnemer. Dit leidt tot een procedure.

Mening inspecteur en oordeel rechtbank

Het geschil tussen de verzekeringnemer en de verzekeraar is beëindigd met een vaststellingsovereenkomst (VSO). De kern van de klacht was dat de verzekeringnemer vermogensschade heeft geleden omdat het rendement op de beleggingen aanzienlijk lager was dan hem was voorgespiegeld. De verzekeraar keert op basis van de VSO een bedrag uit aan de verzekeringnemer onder inhouding van loonheffing. De verzekeringnemer verwerkt de ingehouden loonheffing als voorheffing in zijn aangifte inkomstenbelasting. Het bruto bedrag van de uitkering heeft hij echter niet als inkomen in zijn aangifte opgenomen. De inspecteur is van de aangifte afgeweken door de uitkering als inkomen bij te tellen. Naar zijn mening is sprake van een uitkering uit de lijfrente. De rechtbank is het met de inspecteur eens. Zij oordeelt dat de uitkering zijn grondslag vindt in de beleggingsverzekering en om die reden belast is.

Oordeel hof

Het hof bevestigt de standpunten van de inspecteur en het oordeel van de rechtbank. Het bedrag moet worden gerekend tot het inkomen in box 1. Dit betekent dat de verzekeringnemer belasting verschuldigd is over de ontvangen som geld. De juridische basis hiervoor is dat de schadevergoeding direct verband houdt met de beleggingsverzekering. De tegemoetkoming is uitbetaald ter vervanging van gederfde uitkeringen uit de lijfrenteverzekering of als nabetaling op de lijfrente-uitkeringen.

Belangrijke aandachtspunten voor verzekeringnemers

Verzekeringnemers moeten zich bewust zijn van de fiscale gevolgen bij het ontvangen van schade-uitkeringen uit beleggingsverzekeringen. Indien het saldo op uw beleggingsrekening tegenvalt en de verzekeraar een bedrag uitkeert, is het van groot belang om duidelijke afspraken te maken over de aard van de uitkering.

Praktische tips om belasting te voorkomen

  1. Karakter uitkering: leg in de VSO vast wat het karakter van de vergoeding is en probeer op die manier de belastingheffing te beperken.
  2. Storting op beleggingsrekening: laat de schadevergoeding op de beleggingsrekening bijschrijven. Vervolgens kunt u uit deze rekening op een later moment uitkeringen ontvangen. De uitkering wordt dan niet ineens aan u uitbetaald en dat voorkomt directe belastingheffing en mogelijk progressie in het belastingtarief.

Door vooraf heldere afspraken te maken met de verzekeraar kunt u onaangename fiscale verrassingen vermijden. Het is raadzaam bij twijfel een belastingadviseur te raadplegen om uw specifieke situatie te bespreken en de beste aanpak te bepalen.

Bronvermelding

  • datum: 6 juni 2024
  • bureau: Gerechtshof 's-Hertogenbosch
  • karakter: jurisprudentie
  • nummer: ECLINLGHSHE20241590, 22/1393

Misschien ook intressant

Inkomstenbelasting
Verzendtheorie niet van toepassing op ambtshalve vermindering
Een man krijgt in 2018 een aanslag IB opgelegd over het jaar 2016. Pas aan het einde van 2021 laat hij een bezwaarschrift opstellen. In deze brief, gedateerd op 31 december 2021, vraagt hij om uitstel voor het motiveren van zijn bezwaar. Volgens hem
Loonbelasting
Autoritten naar fitness zijn niet zakelijk
Regelmatig ontstaat er discussie met de Belastingdienst over de vraag of ritten met een auto van de zaak als zakelijk of privé moeten worden gekwalificeerd. Soms moet de rechter eraan te pas komen om duidelijkheid te verschaffen. In een
Formeel recht
Uitsluiting van onrechtmatig verkregen bewijs in belastingzaken alleen in uitzonderlijke gevallen
Mag bewijsmateriaal dat door de politie is verzameld worden gebruikt voor belastingheffing, ondanks mogelijke onrechtmatigheden bij de verkrijging ervan? De Hoge Raad buigt zich over deze vraag en de vraag of het 'zozeer indruist'-criterium, dat