Terug

Schenkbelasting bij verkoop aan ex, geen natuurlijke verbintenis

24 juli 2025
Successiewet

Louter persoonlijke overwegingen of gezinsbelangen zijn onvoldoende voor vrijstelling van schenkbelasting. Ondernemers die goederen willen overdragen aan hun partner, ter bescherming tegen crediteuren, doen er goed aan de schenkbelastinggevolgen te beoordelen.

Een echtpaar sluit in 2010 een koopovereenkomst, waarbij de man diverse onroerende zaken aan zijn vrouw verkoopt. Deze prijs is gebaseerd op een bewust lage taxatie vanwege vermeende grondverontreiniging. De inspecteur stelt dat er geen verontreiniging is en legt een aanslag schenkbelasting op aan de vrouw, ter grootte van het verschil tussen de koopprijs en de werkelijke waarde. De vrouw betwist dat er sprake is van een wil tot bevoordeling bij de overdracht. De overdracht is bedoeld om te voorkomen dat de vrouw en de kinderen op straat komen te staan als er problemen ontstaan met de onderneming van haar partner. Daarnaast stelt de vrouw dat als er wel sprake is van een schenking, deze kwalificeert als voldoening aan een natuurlijke verbintenis en daarom is vrijgesteld van schenkbelasting. Zij beroept zich op de verzorgingsgedachte. Haar partner voelt zich moreel verplicht om haar verzorgd achter te laten voor het geval er iets misgaat met zijn onderneming.

Wil tot bevoordeling 

De inspecteur houdt vol dat de wil tot bevoordeling wel degelijk bestaat. Hij stelt dat de overdracht gericht plaatsvindt en dat de bewustheid van het verschil tussen prijs en werkelijke waarde bij de schenker zijn bevoordelingswil impliceert. De inspecteur gaat er bovendien vanuit dat er geen grondverontreiniging aanwezig is bij de onroerende zaken, waardoor het verschil tussen de overeengekomen koopprijs en de werkelijke waarde aanzienlijk groter is dan door partijen wordt aangegeven. Volgens de inspecteur vormt dit verschil een belastbare schenking die niet kwalificeert als voldoening aan een natuurlijke verbintenis.

Natuurlijke verbintenis

Het gerechtshof bevestigt dat sprake is van een wil tot bevoordeling. Het hof leidt dit af uit het feit dat de man de verkoop initieert, de taxateur opdracht geeft zo laag mogelijk te taxeren, dat er een huwelijksrelatie bestaat en dat de vrouw zelf aangeeft dat haar partner haar 'niet onbemiddeld' wil achterlaten. Ten tweede oordeelt het hof dat de vrouw niet aannemelijk maakt dat sprake is van een natuurlijke verbintenis. Hoewel de verzorgingsgedachte een rol speelt, is volgens het hof niet voldaan aan het vereiste van een "dringende morele verplichting van zodanige aard dat naleving daarvan naar maatschappelijke opvattingen als voldoening van een aan die ander toekomende prestatie moet worden aangemerkt". Het hof verklaart het hoger beroep ongegrond en bevestigt de schenkbelasting.

Bronvermelding

  • datum: 24 juli 2025
  • bureau: Gerechtshof 's-Hertogenbosch
  • karakter: jurisprudentie
  • nummer: ECLI:NL:GHSHE:2025:989

Misschien ook intressant

Inkomstenbelasting
Feitelijk gescheiden levende gehuwden blijven elkaars fiscale partner
Een procedure voor Hof Den Bosch betrof de vraag of apart wonende gehuwden voor de belastingheffing als alleenstaande kunnen worden aangemerkt. Het geschil spitste zich toe op de vragen of sprake is van fiscaal partnerschap en of de
Overdrachtsbelasting
Startersvrijstelling overdrachtsbelasting geldt niet voor verkrijging schoolgebouw
Bij de verkrijging van in Nederland gelegen onroerende zaken wordt overdrachtsbelasting geheven. De belasting bedraagt in beginsel 10,4% van de waarde van de onroerende zaak. Onder voorwaarden geldt voor de verkrijging van een woning een lager tarief
Belastingplan
Tweede nota van wijziging Belastingplan 2025
De staatssecretaris van Financiƫn heeft de tweede nota van wijziging op het wetsvoorstel Belastingplan 2025 naar de Tweede Kamer gestuurd. De nota van wijziging bevat maatregelen, die zijn aangekondigd in de aanbiedingsbrief bij het pakket