Terug

Tussentijds beëindigen arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd

16 mei 2024
Sociale verzekeringen

Een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd kan alleen tussentijds worden opgezegd als dat recht schriftelijk is overeengekomen en voor beide partijen geldt. Een werknemer heeft geen recht op WW als de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd tussentijds met wederzijds goedvinden is geëindigd, hoewel de mogelijkheid daartoe niet schriftelijk is overeengekomen.

Volgens de Centrale Raad van Beroep is het niet nodig dat het opzegbeding in de arbeidsovereenkomst zelf is opgenomen. Het opnemen van het opzegbeding in de vaststellingsovereenkomst ter tussentijdse beëindiging van de arbeidsovereenkomst volstaat. Het Burgerlijk Wetboek stelt naar het oordeel van de Centrale Raad van Beroep geen andere eis aan een tussentijds opzegbeding dan dat het schriftelijk tussen partijen is overeengekomen. Over het moment waarop het opzegbeding moet zijn overeengekomen is in de wet niets bepaald. Ook schrijft de wet niet voor dat een tussentijds opzegbeding alleen in de oorspronkelijke arbeidsovereenkomst zelf of in een addendum daarbij kan worden opgenomen.

Het UWV heeft ten onrechte geweigerd een WW-uitkering toe te kennen aan een werknemer van wie de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd tussentijds is opgezegd. De arbeidsovereenkomst omvatte geen opzegbeding. Door het beding op te nemen in de vaststellingsovereenkomst is voldaan aan het door het BW gestelde vereiste.

Bronvermelding

  • datum: 16 mei 2024
  • bureau: Centrale Raad van Beroep
  • karakter: jurisprudentie
  • nummer: ECLINLCRVB2024791, 23/360 WW

Misschien ook intressant

Loonbelasting
Bijtelling auto ondanks verbod privégebruik in contract
Een kinderdagverblijf gebruikt vier auto's voor het ophalen en brengen van kinderen en het doen van boodschappen. Werknemers moeten bij indiensttreding een autoverklaring ondertekenen waarin staat dat privégebruik uitdrukkelijk verboden is.
Vennootschapsbelasting
Fiscaal compromis vernietigd door dwaling over woningoppervlakte
In 2017 verkoopt een dochtermaatschappij een woning met garage aan de zoon van de dga voor € 274.760, terwijl de WOZ-waarde € 398.000 bedraagt. De woning wordt al jaren verhuurd aan dezelfde zoon voor slechts € 1.200 per maand, zonder
Loonbelasting
Negatief loon bij bestuurdersaansprakelijkheid: wanneer is er echte verarming?
Een dga moet via zijn vennootschap € 453.476 schadevergoeding betalen vanwege de onrechtmatige verkoop van sportkleding die eigenlijk van een andere partij was. Hij betaalt de helft (€ 226.738) en wil dit bedrag als negatief loon aftrekken