Terug

Twee keer mrb ondanks afwisselend gebruik

28 mei 2025
Autobelastingen

Een man heeft twee auto’s. Auto A gebruikt hij met name in de zomer en auto B in de winter. Om motorrijtuigenbelasting (mrb) te besparen, schakelt hij tussen twee auto's. Als auto A in gebruik is, is auto B geschorst en vice versa. In oktober 2020 schorst de man auto A en gaat hij auto B gebruiken. Als hij in 2021 auto A weer gaat gebruiken, vergeet hij echter auto B te schorsen en auto A aan te melden. Op een zonnige dag wordt de man al rijdende in auto A vastgelegd op elektronische camerabeelden. De man krijgt een naheffingsaanslag mrb mét boete. Hij is het hier niet mee eens.

In hoger beroep betoogt de man dat de verschuldigde belasting wel degelijk door hem is betaald. Immers, de verschuldigde mrb is door hem betaald voor de andere auto, die op dat moment niet werd gebruikt. De betaalde mrb voor het niet-geschorste voertuig moet volgens de man toegerekend worden aan het voertuig dat werd gebruikt terwijl het geschorst was. 

Het hof wijst dit argument af, omdat beide voertuigen afzonderlijk belastingplichtig zijn. Er is geen wettelijke basis om een materiële schorsing te erkennen wanneer een kenteken feitelijk niet is geschorst. Het schorsen van een kenteken is een rechtshandeling die gevolgen heeft voor belastingheffing, verzekering en APK-verplichting en is daarom aan strikte regels gebonden.

Het staat de man vrij om de mrb te optimaliseren door zijn auto’s afwisselend te gebruiken en daarbij telkens het voertuig te schorsen dat hij niet gebruikt. Op hem rust dan wel de verantwoordelijkheid om nauwgezet de administratieve formaliteiten in acht te nemen die daarbij komen kijken (in dit geval het opheffen van een schorsing). De man is daarin tekortgeschoten en dat kan hem worden aangerekend.

Bronvermelding

  • datum: 28 mei 2025
  • bureau: Gerechtshof Amsterdam
  • karakter: jurisprudentie
  • nummer: ECLI:NL:GHAMS:2025:1050

Misschien ook intressant

Omzetbelasting
Verlaagd btw-tarief voor verhuur zeiljachten
Een ondernemer biedt een 'all-in' jaarabonnement voor zeiljachten aan en meent dat het verlaagde btw-tarief voor sportbeoefening daarop van toepassing is. De inspecteur stelt echter dat deze dienst belast is met 21% btw. De casus belandt uiteindelijk
Formeel recht
Mag een bestuursorgaan in hoger beroep terugkomen op eerdere ontvankelijkverkaring bezwaar?
Hof Amsterdam heeft onlangs geoordeeld over de vraag of een bestuursorgaan in een belastingzaak in de beroepsfase alsnog de tijdigheid van een eerder ontvankelijk verklaard bezwaar aan de orde mag stellen, terwijl dit bezwaar inhoudelijk is
Overdrachtsbelasting
Villa met praktijkruimte: is de praktijkruimte onderdeel van de woning?
Een echtpaar kocht een villa, die voorheen als woonhuis en praktijkruimte van een huisarts diende, en betaalde 2% overdrachtsbelasting over de koopsom. Echter, toen de inspecteur op de hoogte raakte van de aankoop, legde hij een naheffingsaanslag