Terug

Uitsluiting van onrechtmatig verkregen bewijs in belastingzaken alleen in uitzonderlijke gevallen

7 augustus 2025
Formeel recht

Mag bewijsmateriaal dat door de politie is verzameld worden gebruikt voor belastingheffing, ondanks mogelijke onrechtmatigheden bij de verkrijging ervan? De Hoge Raad buigt zich over deze vraag en de vraag of het 'zozeer indruist'-criterium, dat uitsluiting van bewijs in uitzonderlijke gevallen toestaat, hier van toepassing is.

Tijdens een politiecontrole bij een gehuurde bakwagen ontstaat argwaan. De man die bij het voertuig staat, beweert dat de laadruimte leeg is, maar oogt zenuwachtig. Na herhaaldelijk aandringen opent hij de bakwagen. De laadruimte blijkt vol te staan met dozen. De politie besluit de inhoud te controleren en vindt een enorme hoeveelheid pakjes sigaretten van het merk Marlboro zonder accijnszegels. Ze houden de man aan op verdenking van het overtreden van de accijnswetgeving. De Belastingdienst legt de man een forse naheffingsaanslag op, samen met belastingrente. 

De man maakt bezwaar, maar zonder succes. In beroep oordeelt de rechtbank dat de naheffing terecht is. Vervolgens gaat de man in hoger beroep. Het hof beslist dat het bewijsmateriaal, de aangetroffen sigaretten, onrechtmatig is verkregen. Volgens het hof heeft de politie onbevoegd gehandeld toen ze de dozen opende. Hierdoor wordt het bewijs uitgesloten en vervalt de grondslag voor de naheffing. 

In cassatie is de vraag of het onrechtmatig verkregen bewijs tóch mag worden gebruikt voor de belastingheffing. De procureur-generaal concludeert dat dit wel mogelijk is. Immers, slechts in zeer uitzonderlijke gevallen wordt bewijs in belastingzaken uitgesloten. Het handelen van de politie, hoewel onjuist, voldoet niet aan de zware eisen van het 'zozeer indruist'-criterium. Daardoor kan de naheffingsaanslag voor de accijns worden gehandhaafd.

Bronvermelding

  • datum: 7 augustus 2025
  • bureau: Parket bij de Hoge Raad
  • karakter: Conclusie AG
  • nummer: ECLI:NL:PHR:2025:782

Misschien ook intressant

Invordering
Aanmaningskosten terecht, ondanks beroep op verjaring
In 2016 ontvangt een ondernemer een naheffingsaanslag accijns van € 279.058. Zes jaar later, in 2022, ontvangt hij een aanmaning van de Belastingdienst met € 18 aanmaningskosten. De ondernemer betwist deze kosten, omdat hij meent dat zijn
Inkomstenbelasting
Beweerde verrekening telt niet mee bij verkrijgingsprijs
Een zakenman koopt in 2010 aandelen voor € 1.961 en verkoopt deze in 2011 voor € 386.947. De Belastingdienst berekent een vervreemdingsvoordeel uit aanmerkelijk belang van € 384.986. De zakenman beweert echter dat zijn werkelijke
Internationaal
Emigrant wint kwijtschelding van conserverende aanslag
Een Nederlandse ondernemer emigreert in 2012 naar Zwitserland en krijgt een conserverende aanslag van € 12,2 miljoen over zijn aanmerkelijk belang. Na tien jaar uitstel van betaling vraagt hij kwijtschelding, maar de Belastingdienst weigert,