Terug

Verdeling box 3 vermogen en keuze voljaars partnerschap niet via ambtshalve vermindering aan te pass

19 juni 2025
Inkomstenbelasting

Fiscale partners kunnen de gezamenlijke grondslag sparen en beleggen onderling verdelen in iedere gewenste verhouding. De keuze maken zij in de aangifte. Een gemaakte keuze kan nog worden gewijzigd tot het moment waarop de aanslagen van beide partners onherroepelijk vaststaan. Een aanslag is onherroepelijk geworden als de bezwaartermijn is verstreken. Dat een onherroepelijk vaststaande belastingaanslag ambtshalve kan worden verminderd, betekent niet dat de gekozen verdeling kan worden herzien via een verzoek om ambtshalve vermindering.

Een belastingplichtige die voor een deel van het kalenderjaar een fiscale partner heeft, wordt geacht het gehele kalenderjaar die partner te hebben gehad indien beiden daarvoor kiezen. De keuze wordt gemaakt bij verzoeken in verband met voorlopige teruggaaf of bij de aangifte. De keuze kan niet meer worden herzien als de aanslagen onherroepelijk vaststaan. Ook voor deze keuze geldt dat het niet mogelijk is om deze via een verzoek om ambtshalve vermindering alsnog te wijzigen.

Bronvermelding

  • datum: 19 juni 2025
  • bureau: Rechtbank Zeeland-West-Brabant
  • karakter: jurisprudentie
  • nummer: ECLI:NL:RBZWB:2025:3325, BRE 24/7608

Misschien ook intressant

Inkomstenbelasting
Afwaarderen forse rekening-courantschuld is winstuitdeling
Een directeur-grootaandeelhouder (dga) kampt met een forse rekening-courantschuld aan zijn eigen bv van bijna € 1,5 miljoen per 1 januari 2015. De vennootschap besluit ruim € 1 miljoen van deze schuld af te waarderen wegens vermeende
Inkomstenbelasting
Saldomethode lijfrente: Wie stelt moet bewijzen
Een belastingplichtige koopt in 2020 zijn lijfrenteverzekering af voor een bedrag van € 2.765. De verzekeringsmaatschappij houdt € 1.032 aan loonheffing in. De Belastingdienst neemt de volledige afkoopsom op in het belastbaar inkomen. De
Inkomstenbelasting
Zelfstandig ondernemer of toch resultaatgenieter?
Een belastingplichtige voert drie activiteiten uit: boekhouden, kavelhandel en loodgieterswerk in Duitsland. Hoewel hij zichzelf als ondernemer beschouwt, oordeelt de Belastingdienst anders. De inspecteur kwalificeert zijn inkomsten als resultaat uit